2023 Kunstenlandschap Lonneker
Beschadigd
Waarde Theo,
“Het is een geducht gevecht. Ik heb er terdeeg op willen werken dat men de gedachte krijgt dat die luitjes, die bij hun lampje hun aardappels eten met de handen, die zij in hun schotel steken, zelf de aarde hebben omgespit en het spreekt dus van handenarbeid en van dat zij hun eten zo eerlijk verdiend hebben.”
Vincent
Omber en grijze tinten vullen
het doek, puur en naturel.
Alleen vanuit die hoek
verbeeldde je het echte leven.
Kleigruis zichtbaar in rimpels
en groeven. De geur van pas
gerooid rondom de koppen.
Jouw handenarbeid, zoektocht
van compositie en pigmenten,
maar gehoond om je
rauwe opbouw en kleurgebruik,
te ruw, te grof je penseelstreek.
Miskend en onbegrepen schildertalent.
Nooit iets verdiend enkel een
eenzame worsteling met je
sombere gemoed en gevoel
van mislukkeling als dagelijks brood.
Hoe wrang dat na je dood
je levensverhaal uit de verf kwam:
beschadigd en toch geniaal.
2023 Urinoir Bezet
Galerie Urinoir Bezet in Lonneker
Estafette met Zt kunstcollectief
De Uitloper
Het Regenwoud
In de verte wuiven enkele
door droogte ontluisterde kruinen,
hun geheugen fluistert nog over
vogels en zoemende insecten.
Doof en duizelig van het machinegeraas
vinden bladeren hun laatste rustplaats.
Dieren zijn al eerder gevlucht,
hun schuilplek is ingeruild voor
commerciële kaalslag, asielaanvraag
was niet mogelijk. Opeen gestapeld
in rijen liggen onttakelde stammen,
ze kreunen over het wankele bestaan,
stagnerende bloedstroom,
gekapte ademhaling,
verdwazing en ontheemding.
Met doodsangst bezien ze
de desolate vlakte beseffend
dat er nooit meer een tak
zal uitlopen.
2022 Arendsmanhuis Enschede
2021 Installatie IJsselbiënnale

Hoger op palen
Hoger op ladders

Steeds maar
Al dat water steeds maar stijgend
in overvloed stromend
hoger en hoger al dat water
niets ontziend alles overspoelend
onheilspellend stijgend steeds
maar doorstromend over klei
en weiland steeds maar stijgend
hoger en hoger gulzig alles golf
na golf bedekken, rijzen, stuwen,
voortrazen al dat water soms
even stil het blauw spiegelen
van de hemel of glanzen in
het zonlicht maar toch steeds
stijgen al dat water onophoudelijk
hoger en hoger boven dijken en
daken nog even het haantje van
het torentje glinsterend boven
water overal water weergaloos
terrein winnend ongrijpbaar golf na golf
al het nat spreidend wijder en weidser
voort stromend onhoudbaar stijgend
iedere dag genadeloos hoger
en hoger nooit stilstaan voortdurend
in beweging borrelend, suizend, ruisend
soms onstuimig dan weer traag en
kalm kabbelend toppen van
populieren kietelen al dat water
soms krachtig beukend op betonnen
wanden restanten van hoogbouw
of was het hoogmoed; niets is bestand
tegen al dit wassende water
om zich heen grijpend toenemend
in massa en steeds maar stijgen en stijgen
onpeilbaar zijn gangen, geselend
iedere weerstand dit dorstige water
alles meeslepend in tomeloze macht
alle openingen en gaten vol laten lopen
overal doorheen vloeiend golf na golf
aan een verdwaalde wiek voorbij
glijden, door een wilde storm
ontwortelde bomen voortjagen,
steden laten verdwijnen onder al
dat wassende water nooit stoppend
met stromen haastig reiken naar weer
een horizon breedte en lengte opslorpend
op zoek naar nieuwe ruimte om te vullen
met water, getijden negerend steeds
maar hoger en hoger stijgend golf na
golf doorstromen zich verbreidend
over werelddelen, zeeën van water
opgaand in oceanen golf na golf over
verdwijnend bestaan meedogenloos
steeds maar doorgaan met stromen
hoger en hoger gestaag stijgend tot
de oneindigheid is bereikt en
het hemelgewelf slechts water overspant.
2016 Vestingval Elburg
De Dolende Mens
2011 Schatplichtig
Uitnodiging van Het Stedelijk Museum Zutphen om je te laten inspireren door een kunstwerk uit het depot.
Ik koos een Middeleeuws fresco uit en gaf de ridders elk een paard, zodat er een drieluik ontstond.
Ridderzang tijdens de wacht bij de stadspoort
Wij, ridders met gedachten jong en kuis
verlenen geen doorgang aan al het gespuis.
Verstard en stijf de ledematen langs de lans
verdedigen we dag en nacht de stadsschans.
Oh, waren we maar ridders met een zwaard,
dan vlieden we op een dapper paard.
Maar ons lot is vastgelegd in steen,
wij kunnen nergens heen……
Eeuwenlang hebben we veel ontbeerd,
onze huid is groezelig en verweerd.
Zelfs hier en daar aangevreten door wandluis,
verworden we van steen tot gruis.
Och waren we maar ridders met een zwaard,
dan vlieden we op een dapper paard.
Maar ons lot is vastgelegd in steen,
wij kunnen nergens heen………












